De werkloosheid in de eurolanden is in september opnieuw stabiel gebleven, op gemiddeld 11,5 procent van de beroepsbevolking.
Dat meldde Europees statistiekbureau Eurostat vrijdag (pdf).
De werkloosheid bleef voor de vierde achtereenvolgende maand op hetzelfde niveau steken, na een lichte daling in de voorgaande maanden. In september 2013 bedroeg de werkloosheid in de eurozone 12 procent.
Duitsland en Oostenrijk presteerden vorige maand opnieuw het best, met een werkloosheid van 5 procent. Spanje en Griekenland houden de slechtste arbeidsmarkt. In Spanje nam de werkloosheid vorige maand af van 24,2 naar 24 procent. In Griekenland had in juli, de meest recente maand waarover cijfers beschikbaar zijn, ruim 26 procent van de beroepsbevolking geen betaalde baan.
Vorige maand telde Eurostat 18,4 miljoen werklozen in de eurozone. Dat waren er 19.000 minder dan in augustus. In de hele Europese Unie zakte het aantal werklozen met 108.000 naar 24,5 miljoen. De werkloosheid in de EU bleef daarmee stabiel op 10,1 procent.
De jeugdwerkloosheid in de eurozone zakte naar 23,3 procent, tegen 24 procent in september 2013. De situatie is op dit vlak het meest gunstig in Duitsland, Oostenrijk en Nederland, waar de jeugdwerkloosheid lager is dan 10 procent. In Spanje, Griekenland en Italië hebben jongeren aanzienlijk minder kans op een baan. De jeugdwerkloosheid loopt daar uiteen van 43 naar 54 procent.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl